In de reeks ‘genieten van het vaderschap’ geeft Armand Sag wekelijks een inkijkje in zijn leven en vaderschap. Ook reflecteert hij op de rol die de vader in onze samenleving heeft. Deze keer beschrijft Armand één van de meest bijzondere aspecten van zijn vaderschap: het verschonen van luiers. Dat heeft niet zozeer te maken met de handeling zelf, maar alles met de band die hij met zijn kinderen heeft.
Ongetwijfeld krijg ik de vraag “Wat vind jij nu het leukst aan het vaderschap, Armand?” het meest toegestuurd. En het antwoord zal je niet verbazen, mede omdat het al in de titel van mijn column staat, maar ik vind de leukste momenten eigenlijk de luiers verschonen van mijn beide kinderen. Het zorgde zowel voor hilarische, als intieme momenten met mijn beide kinderen.
Luiers verschonen is een kunst
Zo kreeg ik meteen al de wijze les dat witte dekens van schapenwol niet handig zijn om in de buurt van de zitbanken te hebben als men een pasgeborene wil verschonen omdat ze gepoept heeft. En niemand vertelt je dat pasgeborenen het niet zozeer eruit persen maar meer eruit schieten. De lezers met een zwakke maag kunnen de rest van de alinea overslaan. Hun poep is ook meer waterig en een vloeistofachtige substantie. Nog naast het feit dat het in die beginperiode een geelgroene drab is en nog lang niet de bruine drol zoals we die vanaf een jaar of 4, 5, 6 zien bij kinderen. Maar dit terzijde.
Waarom is poep van je kinderen niet vies?
Op het moment zelf, denk je wellicht van “Oei, wat moet ik nu allemaal doen?” en “Krijg ik dat er wel uit of blijft zo een vlek voor eeuwig op mijn spierwitte, gestuukte muur?”. Maar dan komt de realisatie al snel: ‘Ik vind dit eigenlijk niet eens zo vies. Waarom vind ik dit niet vies? Normaliter draait mijn maag al om bij het lopen langs een WC.” Daar komt de aap uit de mouw: ouders vinden het niet vies, omdat ze gek zijn op hun kinderen en alle dingen die deze monstertjes produceren. Bij die conclusie komt er een glimlach op mijn gezicht wat ervoor zorgt dat mijn nageslacht ook lacht. Daar hebben we dan ons momentje: ik lach, hij en zij lachen, de vlekken aan de muur en op de bank kunnen me dan niks meer schelen. Het is op dat moment dat ik begrijp dat het kleine mannetje of vrouwke volledig van mij afhankelijk is en het mijn enige taak is om dat kleine mensje te verzorgen. Met die gedachte vind ik een luier verschonen het mooist wat er is.
Poep als gezondheidscheck
Nu zul je wellicht denken: “Maar Armand, er zijn andere – minder vieze – momenten dat je dit ook kan bedenken; zoals de fles geven.” En dat klopt ook zeker. Maar het is juist het aspect dat veel mensen luier verschonen als vies beschouwen, dat het zo bijzonder maakt. Want een fles geven, wil iedereen nog (want dat is schattig, lief, en niet heel intensief werk. Belangrijk ook: het is niet vies. Poepluiers verschonen wel. Het komt op jouw kleding, op jouw handen, op jouw vingers, de geur blijft altijd wel even hangen (hoe vaak en grondig jij jouw handen ook wast) en dus wil niemand het doen. Ik wel, want eerlijk gezegd vind ik het niet eens vies. Meestal ben ik zelfs trots en blij als ik zie dat ze een volle poepluier hebben omdat dit simpelweg – pedagogisch gezien – betekent dat ze goed gegeten hebben en dat alle ingewanden hun werk goed doen. Met andere woorden: mijn prachtmensje is gezond. Iets waar ik de eer voor strijk, want ik heb dat kindje toch maar (mede) ‘gemaakt’.
Vaderschap en hechting
Andersom, heeft het kindje natuurlijk ook door hoe kwetsbaar hij of zij (in mijn geval) is omdat ze op dat moment bijna compleet naakt op een commode liggen, overgeleverd aan mijn genade – of liever gezegd: mijn capaciteit om over mijn smetvrees voor poep te stappen. Dat lukt zonder enige moeite trouwens, er blijft geen smetvrees meer over. Nu lijkt dit alles een pleidooi voor poepluiers, maar begrijp me niet verkeerd: ik heb dit dus alleen bij de poepluiers van mijn eigen kinderen voordat er verkeerde conclusies getrokken worden over een eventueel poep-fetish. Het gaat echt over dat momentje samen, over de band die ik als vader met mijn kinderen heb. in de slaapkamer op de commode waarbij we overgeleverd zijn aan elkaars genade terwijl de rest krampachtig op afstand blijft vanwege de geur en viezigheid. Het is op dat moment dat ik de grootste connectie voel, en dat blijft voor mij toch één van de leukste momenten van het vaderschap: luiers verschonen.
Armand Sag (1984) is vader van een dochter (2015) en zoon (2019) en student Ecologische Pedagogiek. In 2020 was hij een van de hoofpersonen in de NPO-documentaire Verstoten Vaders. Met zijn eigen ervaring als uitgangspunt maakt hij zich hard voor de bewustwording rondom het belang van betrokken vaderschap. Elke woensdag verschijnt zijn nieuwe column op VADER Magazine.